Begroting 2021

Paragrafen

Paragraaf Lokale heffingen

Algemeen
De paragraaf lokale heffingen bevat, overeenkomstig het BBV een overzicht van het beleid inzake de lokale heffingen, de relevante ontwikkelingen die van invloed zijn op de tarieven en een verantwoording over de mate van kostendekkendheid van tarieven, inclusief de uitgangspunten die daarbij zijn gehanteerd. Daarnaast presenteren wij een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen, de lokale lastendruk en een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid. In de Gemeentewet en een aantal bijzondere wetten is geregeld welke heffingen (belastingen en retributies) een gemeente mag opleggen. De gemeenteraad bepaalt de hoogte van het tarief en welke van die heffingen ook daadwerkelijk worden geheven.

Belastingen
De Gemeentewet geeft een limitatieve opsomming van de belastingen die een gemeente mag heffen. Tegenover een belasting staat geen rechtstreekse individuele tegenprestatie van de overheid. De opbrengsten dienen als algemeen dekkingsmiddel. Onze gemeente heft de volgende belastingen: onroerendezaakbelastingen (OZB), roerende zaakbelastingen (RZB), toeristenbelasting, baatbelasting, hondenbelasting en precariobelasting.

Rechten
Rechten zijn betalingen voor een geleverde of een bewezen dienst. Hiervan zijn de tarieven in principe volledig kostendekkend. Het is niet toegestaan een meer dan kostendekkend tarief te hanteren. In Lisse worden afvalstoffenheffing, rioolheffing, leges en marktgeld als rechten geheven.

In de raadsvergadering van december 2020 worden de belastingverordeningen 2021 voor de bijstelling van de tarieven voorgelegd.

Ontwikkelingen/actualiteit

Belastinghervormingen
Er zijn geen verdere ontwikkelingen vernomen van de minister van BZK en de staatssecretaris van Financiën over de belastingverordeningen.

Financiële uitgangspunten

  • Overeenkomstig de Kadernota 2021 wordt voor belastingen en retributies rekening gehouden met een inflatiepercentage van 1,8%. Voor de heffingen geldt dat een compensatie alleen aan de orde is als dit binnen de grenzen van kostendekkendheid blijft. Voor de retributies geldt het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid.
  • Het percentage voor de overhead, zoals bedoeld in artikel 12 van de Financiële verordening, is berekend op 17,73%. De overhead bestaat uit de kosten voor piofach (personeel, informatievoorziening, organisatie, financiën, automatisering, communicatie en huisvesting). De direct toe te rekenen kosten worden verantwoord op de taakvelden.

Overzicht lokale heffingen
  Bedragen x € 1.000

Lokale heffingen

Realisatie

Realisatie

Begroting

Begroting

2018

2019

2020

2021

Onroerendezaakbelasting

         4.259

       4.432

       4.831

       5.031

Roerende zaakbelasting

                    2

              2

              3

              3

Toeristenbelasting

               117

          129

          123

          124

Baatbelasting

                    7

              2

             -  

             -  

Hondenbelasting

                 87

            85

          101

          102

Precariobelasting

           2.142

       2.187

       2.158

       2.158

Totaal niet-bestedingsgebonden 

      6.609

      6.837

      7.216

      7.418

Secretarieleges

               334

          290

          346

          330

Leges omgevingsvergunningen

               713

          713

          450

          410

Marktgelden

                 8

              8

            13

            13

Afvalstoffenheffing

           2.192

       2.477

       3.045

       3.248

Rioolrechten

           2.751

       2.751

       2.476

       2.401

Totaal bestedingsgebonden 

      5.998

      6.239

      6.052

      6.402

Totaal

   12.607

   13.076

   13.268

   13.820

Onroerendezaakbelastingen
De vastgestelde WOZ-waarde vormt de grondslag voor de onroerendezaakbelastingen (OZB), de Waterschapsomslagen gebouwd en het huurwaardeforfait voor de inkomstenbelasting. De WOZ-administratie is een basisregistratie. De waarden worden op grond van de WOZ jaarlijks herzien en zijn op basis van de meicirculaire aangepast met percentages die genoemd zijn in het onderdeel OZB. Na jaren van dalende woningwaarden is er nu weer een sterk stijgende lijn te zien in de waarden en verkopen.

De opbrengsten van de OZB voor zowel woningen als niet-woningen (eigenaren en gebruikers) zijn verhoogd met het inflatiepercentage 1,8%. Daarnaast zijn de opbrengsten in 2020 tot en met 2023 jaarlijks verhoogd ter compensatie van de wegvallende precariobelasting voor kabels en leidingen, dit overeenkomstig de kadernota 2019. De compensatie wordt vervolgens absoluut weer gecompenseerd per OZB-aanslag. De tarieven van de OZB zijn gebaseerd op de WOZ-waarde en worden per jaar vastgesteld. Het tarief van 2021 wordt gebaseerd op de waarde per 1 januari 2020. De marktontwikkeling wordt gevolgd door Belastingen Bollenstreek.

De ontwikkeling van de onroerendezaakbelasting tarieven van de afgelopen jaren was:

% van de WOZ-waarde

% van de WOZ-waarde

Van wie

Realisatie

Realisatie

Realisatie

 2018

2019

2020 

Woningen

 Eigenaar 

0,0925%

0,0942%

0,1027%

Niet-woningen

 Eigenaar 

0,1855%

0,2069%

0,2247%

Niet-woningen

 Gebruiker 

0,1680%

0,1931%

0,2357%

Bij de vaststelling van de OZB-verordening, in december, wordt de laatste prognose van de waarde per 1 januari 2021 bepaald om zodoende een juist percentage van de heffingsmaatstaf te kunnen vaststellen en de geraamde opbrengsten, inclusief de uitgangspunten te garanderen.

Roerende zaakbelasting
Belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimte wordt geheven over roerende zaken. Woonboten worden in de heffing betrokken, de waarde van de objecten is de heffingsgrondslag. De tarieven zijn gelijk aan die van de onroerendezaakbelastingen.

Toeristenbelasting
Toeristenbelasting wordt geheven op personen die in de gemeente verblijven en niet als ingezetene staan ingeschreven in de Basisregistratie personen. Degene die gelegenheid biedt tot het houden van verblijf (hotelhouder of campinghouder) is de belastingplichtige. De tarieven zijn verhoogd met het vastgestelde inflatiecijfer 1,8%.

Tarieven toeristenbelasting

2019

2020

2021

Mobiel kampeermiddel

         1,27

         1,30

         1,32

Overige accommodatie

         2,54

         2,60

         2,65

Baatbelasting
De verordeningen baatbelasting voor de gebieden Blokhuis en Vennestraat e.o. zijn in 2017 afgelopen.

Hondenbelasting
Voor het hebben van een hond wordt een belasting geheven. De tarieven zijn verhoogd met het vastgestelde inflatiecijfer 1,8%.

Tarieven hondenbelasting

2019

2020

2021

Voor de eerste hond

       83,04

       85,08

       85,64

Voor de tweede en iedere volgende hond 

     129,12

     132,36

     134,76

Per kennel

     338,16

     346,56

     352,80

Volgens de cijfers lijkt het aantal honden af te nemen, het vermoeden bestaat dat de aangifte van de hondenbezitters achter blijft bij de werkelijkheid.

Precariobelasting
Precariobelasting wordt geheven voor het innemen of gebruiken van de openbare grond. Na jaren van onzekerheid is besloten de precariobelasting voor nutsnetwerken af te schaffen. Gemeenten hebben de mogelijkheid om deze vorm van precariobelasting tot en met het jaar 2021 te heffen. Onder de geldende overgangsregeling kan een gemeente maximaal heffen naar het tarief zoals dat gold op 10 februari 2016. Voor de gemeente Lisse is dat een bedrag van € 4,56 per strekkende meter.

Leges en rechten
In overeenstemming met de beleidsuitgangspunten zijn de leges waar nodig verhoogd met 1,8%. Hieronder geven we inzicht in de kostendekking van de leges.
  Bedragen x € 1.000

Berekening kostendekkendheid leges en rechten

Omschrijving 

2020

2021

Taakveld burgerzaken

          516

          543

Taakveld wonen en bouwen

          818

          716

Kosten

       1.334

       1.259

Toe te rekenen kosten

Overhead

          201

          223

Totale kosten

       1.535

       1.482

Opbrengsten leges

          330

          330

Opbrengsten leges omgevingsvergunningen

          450

          410

Totale opbrengsten

          780

          780

Kostendekkingspercentage

51%

50%

Toelichting

  1. Onder de leges vallen de kosten van burgerlijke stand, reisdocumenten, rijbewijzen en vergunningverlening APV.
  2. De omgevingsvergunningen zijn ondergebracht bij de taakvelden Wonen en bouwen. Handhaving is geen onderdeel van de kostendekkendheid, dit is wettelijk vastgelegd. De opbrengsten zijn de leges voor omgevingsvergunningen en welzijnstoetsing. De opbrengsten van de leges voor omgevingsvergunningen zijn fors naar beneden bijgesteld als gevolg van ontwikkelingen binnen het woningbouwprogramma.

De directe lasten van personeel HLTsamen zijn verantwoord op de taakvelden. De totale kosten van bedrijfsvoering vallen onder de overhead.

Marktgelden
Om de levensvatbaarheid van de markt te stimuleren worden de marktgelden niet verhoogd. Hieronder geven we inzicht in de kostendekkendheid van de marktgelden.
  Bedragen x € 1.000

Berekening kostendekkendheid marktgelden

Omschrijving 

2020

2021

Taakveld bedrijvenloket (markt)

            31

            23

Kosten

            31

            23

Toe te rekenen kosten

Overhead

              5

              4

BTW

              7

              5

Totale kosten

            43

            32

Opbrengsten marktgelden

            13

            13

Totale opbrengsten

            13

            13

Kostendekkingspercentage

30%

41%

Toelichting
Taakveld Bedrijfsloket, onderdeel Straatmarkten.
a. De directe lasten van personeel HLTsamen zijn verantwoord op het taakveld. De totale kosten van bedrijfsvoering vallen onder de overhead.
b. De lasten in het taakveld zijn exclusief btw. Omdat het btw–compensatiefonds (bcf) wordt gevoed uit het Gemeentefonds, is toerekening van de btw geoorloofd.

Afvalstoffenheffingen
Het nieuwe afvalstoffenbeleid is in oktober 2015 vastgesteld, het Diftar is ingaande 2020 afgeschaft (restafval per inworp). De tarieven voor de huishoudens zijn maximaal kostendekkend en in overeenstemming met de beleidsuitgangspunten is de afvalstoffenheffingheffing verhoogd met 1,8%. Ook de kosten voor het grofvuil ophalen zijn, in overeenstemming met de beleidsuitgangspunten, verhoogd met 1,8%.

Nadere analyse van de effecten van het nieuwe afvalstoffenbeleid, het afschaffen van het Diftar en de mogelijke effecten van het corona tijdperk kunnen er toe leiden dat lasten van het taakveld afval stijgen. Als gevolg hiervan is het mogelijk dat bij vaststellen van de tarieven in december 2020 deze nog gewijzigd worden.

Tarieven afvastoffenheffing

Omschrijving 

2019

2020

2021

Meerpersoonshuishouden

     245,76

     347,16

     353,40

Eénpersoonshuishouden

     183,48

     259,08

     263,76

Restafval per inworp

         1,91

Grofvuil ophalen

       37,00

       38,00

       39,00

Grofafval tot 0,5 m3

Hieronder geven we inzicht in de kostendekkendheid van de afvalkosten.
  Bedragen x € 1.000

Berekening kostendekkendheid afvalstoffenheffing

Omschrijving 

2020

2021

Lasten taakveld afval

       2.618

       2.817

Baten taakveld afval

          423

          612

Kosten

       2.195

       2.205

Toe te rekenen kosten

Overhead

          313

          303

BTW

          505

          505

Afvoeren veegvuil

          120

          120

Kwijtschelding

            75

            75

Perceptiekosten

            40

            40

Totale (netto) kosten

       3.248

       3.248

Opbrengsten afvalstoffenheffing

       3.248

       3.248

Kostendekkingspercentage

100%

100%

Toelichting
Het taakveld Afval.

a.   De directe lasten van personeel HLTsamen zijn verantwoord op het taakveld. De totale kosten van bedrijfsvoering vallen onder de overhead.
b.   De lasten in het taakveld zijn exclusief btw. Omdat het btw–compensatiefonds (bcf) wordt gevoed uit het Gemeentefonds, is toerekening van de btw geoorloofd.
c.   Bij de berekening van de baten wordt een derde van de kosten van het taakveld Straatreiniging toegerekend aan de heffing afvalstoffenheffing. De kosten worden mede gemaakt om zwerfafval te verwijderen en terug te dringen.
d.   Het is geoorloofd om het bedrag aan gegeven kwijtscheldingen te compenseren in het tarief.
e.   Een deel van de perceptiekosten wordt aan de rioolheffing toegerekend. De kosten worden gemaakt door de gemeenschappelijke regeling Belastingen Bollenstreek.

Rioolheffing
De rioolheffing wordt geheven ter bestrijding van de kosten van de gemeentelijke watertaken (afvalwater, hemelwater en grondwater). De opbrengst van de rioolheffing is gebaseerd op 100% dekking van de kosten.

In overeenstemming met de beleidsuitgangspunten is de rioolheffing verhoogd met 1,8%.

Tarieven rioolheffing woningen en niet-woningen

Omschrijving 

2019

2020

2021

Gebruiker perceel

     254,88

     233,64

     237,84

Hieronder geven we inzicht in de kostendekkendheid van de rioolkosten.
  Bedragen x € 1.000

Berekening kostendekkendheid rioolheffing

Begroting

Begroting

Omschrijving 

2020

2021

Lasten taakveld riolering

       1.640

       1.565

Baten taakveld riolering

             -  

             -  

Kosten

       1. 640

       1.565

Toe te rekenen kosten

Overhead

          310

          310

BTW

          280

          280

Afvoeren veegvuil

          120

          120

Kwijtschelding

            86

            86

Perceptiekosten

            40

            40

Totale (netto) kosten

       2.476

       2.401

Opbrengsten rioolheffing

       2.476

       2.401

Kostendekkingspercentage

100%

100%

Toelichting
Het taakveld Riolering en water.

a.   De directe lasten van personeel HLTsamen zijn verantwoord op het taakveld. De totale kosten van bedrijfsvoering vallen onder de overhead.
b.   De lasten in het taakveld zijn exclusief btw. Omdat het btw–compensatiefonds (bcf) wordt gevoed uit het Gemeentefonds, is toerekening van de btw geoorloofd.
c.   Bij de berekening van de baten wordt een derde van de kosten van het taakveld Straatreiniging toegerekend aan de heffing rioolrecht. De kosten worden mede gemaakt om verstoppingen in het rioolstelsel te voorkomen.
d.   Het is geoorloofd om het bedrag aan gegeven kwijtscheldingen te compenseren in het tarief.
e.   Een deel van de perceptiekosten wordt aan de rioolheffing toegerekend. De kosten worden gemaakt door de gemeenschappelijke regeling Belastingen Bollenstreek.

Kwijtscheldingen
Aan degenen die niet in staat zijn om de belastingaanslag te betalen, kan (op grond van de Invorderingswet 1990) gehele of gedeeltelijke kwijtschelding worden verleend. De ministeriële regeling Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 geeft regels over de uitvoering. Deze regeling geldt ook voor de gemeentelijke heffingen (art. 255 Gemeentewet). De gemeenteraad heeft een beperkt aantal keuzen waaronder de criteria voor de kosten van bestaan. De kwijtscheldingsnorm is bepaald op 100% van de geldende bijstandsnorm en wordt jaarlijks met de belastingverordeningen bevestigd. Kwijtschelding kan worden verleend voor de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing.

Waar mogelijk wordt een automatische toets voor kwijtschelding uitgevoerd. Van mensen die in een jaar kwijtschelding hebben gekregen wordt het volgend jaar getoetst of de inkomens- en vermogenssituatie is gewijzigd. Bij gelijkblijvende omstandigheden wordt dan automatisch kwijtschelding verleend.

Toegekende en ingeschatte kwijtscheldingen lokale heffingen

Werkelijk

Begroting

Begroting

Omschrijving 

2019

2020

2021

Kwijtscheldingen rioolheffing

     88.161

     86.000

     86.000

Kwijtscheldingen afvalstoffenheffing

     79.241

     75.000

     75.000

Kwijtscheldingen OZB

             -

             -  

             -  

Totaal kwijtscheldingen

 167.402

 161.000

 161.000

Woonlasten
Onder de gemeentelijke woonlasten verstaan we het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een bepaalde gemeente betaalt aan OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing. Door het afschaffen van de precariobelasting (voor kabels en leidingen in gemeentegrond) per 1 januari 2022 zijn de totale kosten voor een huishouden van belang. De kosten van de aanslag precariobelastingen van de nutsbedrijven worden immers doorberekend aan de huishoudens in de gemeenten. Omdat die kosten verminderen worden de lasten voor de huishoudens ook lager.

In de onderstaande tabel is de ontwikkeling van de lokale lastendruk in de jaren 2018 tot en met 2020 opgenomen (inclusief de bekende landelijk gemiddelde stijging in de WOZ-waarde). In de berekening van de OZB is vanaf 2019 gerekend met het verwachte tarief. Aangezien de opbrengsten leidend zijn voor het bepalen van het tarief kunnen er verschillen optreden. Het tarief wijzigt nog door de jaarlijkse herwaardering.

Zoals eerder gemeld, kunnen de tarieven nog wijzigingen ondergaan als gevolg van de behandeling van het herstelplan met bezuinigingsmaatregelen. De resultaten daarvan maken onderdeel uit van de 1e begrotingswijziging.-

Woonlasten 2020

Gemeente

OZB woningen

OZB niet-woningen

Afval-stoffen
heffing

Riool-heffing

Woon
lasten huurder

Woon
lasten eigenaar

Teylingen

0,0823%

0,3000%

               301

               143

           444

           716

Katwijk

0,0875%

0,4496%

               316

               130

           446

           725

Haarlemmermeer

0,0848%

0,5473%

               339

               132

           471

           759

Hillegom

0,0989%

0,3565%

               287

               233

           520

           810

Lisse

0,1027%

0,4604%

               347

               234

           581

           843

Noordwijk

0,0958%

0,2755%

               352

               186

           538

           890

Heemstede

0,0757%

0,3949%

               322

               221

           543

           965

Bloemendaal

0,1081%

0,5575%

               377

               247

           624

        1.440

Verwachte woonlasten 2021 Lisse *

             347

               234

           581

           843

* Bron: Coelo en betreft woonlasten 2020.  Coelo hanteert een iets andere berekening dan Lisse,

Deze pagina is gebouwd op 02/08/2021 10:26:36 met de export van 02/08/2021 10:16:17