Begroting 2021

Paragrafen

Paragraaf Financiering

Inleiding
De financieringsfunctie dient uitsluitend de publieke taak. Het beleid valt binnen de kaders die zijn gesteld in de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). Centraal in deze wet staan transparantie en risicobeheersing. Om inzicht te geven in de manier waarop de gemeente dit doet en een beeld te geven van de stand van zaken gaan we in deze paragraaf in op de ontwikkelingen rond de gemeentelijke financiering, het te voeren beleid op dit gebied en de risico’s die we daarbij lopen.  

Algemeen
De door de raad in oktober 2014 vastgestelde Nota Financiering vormt het kader voor beleid en uitvoering van de treasuryfunctie. Afhankelijk van de hoogte en de verwachte duur van een liquiditeitstekort of liquiditeitsoverschot, wordt vermogen tijdelijk of langdurig aangetrokken of uitgezet. Het uitgangspunt bij het aantrekken van vermogen is dat de kasgeldlimiet optimaal benut wordt en zoveel mogelijk kort vermogen wordt aangetrokken. Benadrukt wordt dat de treasuryfunctie uitsluitend de publieke taak dient en dat een prudent beleid gevoerd wordt binnen de kaders die zijn gesteld in de Wet fido.

Welke ontwikkelingen spelen er?
Rente ontwikkelingen/Rentevisie

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft in maart 2016 de herfinancieringsrente verlaagd naar 0,00%. Momenteel (augustus 2020) bedraagt de geldmarktrente voor aan te trekken driemaands kasgeldleningen -0,10% (te ontvangen). Het tarief voor negatieve saldi op de rekening-courant (rood staan) is 2,45% (te betalen). De vergoedingen bij het schatkistbankieren staan op 0,00%.
De kapitaalmarktrente voor aan te trekken leningen voor looptijden van 5 en 10 jaar zonder renteherziening bedraagt momenteel resp. -0,1% en 0,07%. De verwachting is dat deze rentetarieven voorlopig ongeveer op dit niveau zullen blijven of iets zullen dalen. Substantiële rentestijgingen worden niet verwacht, vooral omdat de inflatieverwachting nog achterblijft bij de ECB-doelstellingen.

Gemeentelijke ontwikkelingen
In 2020 is een langlopende lening ter grootte van € 12.000.000 aangetrokken. Gelet op de schuldpositie en het solvabiliteitspercentage is het raadzaam om de investeringsuitgaven te temporiseren.

Liquiditeitsprognoses
Wekelijks stellen we liquiditeitsprognoses voor de korte termijn op om tijdig in te spelen op schommelingen in de liquiditeit. Jaarlijks stellen we één à twee liquiditeitsprognoses op met een horizon van 4 jaar.

Garantiestelling leningen en verstrekken van leningen
Ons beleid is leningen of garanties uit hoofde van de publieke taak alleen te verstrekken aan partijen die de gemeenteraad heeft goedgekeurd. Daarbij winnen we vooraf informatie in over de financiële positie en de kredietwaardigheid van de betreffende partij. Indien een andere voorziening beschikbaar is, verstrekt de gemeente uitsluitend aanvullend een lening of garantie. Voor garantstelling gelden de voorwaarden uit de Nota Financiering.

Risicobeheer
Het risicobeheer is gericht op het beperken van financiële risico’s. In het financieringsstatuut zijn richtlijnen en limieten opgenomen, die de basis vormen voor alle transacties op dit gebied. Ons beleid is voornamelijk gebruik te maken van veilige en inzichtelijke financiële instrumenten.

De Wet fido geeft normen voor het beperken van risico’s. De belangrijkste risicocategorie is het renterisico, waarvan de kasgeldlimiet en de renterisiconorm belangrijke richtlijnen zijn ter beperking van renterisico’s.
De kasgeldlimiet heeft betrekking op leningen met een rentetypische looptijd tot één jaar. Het totaal van deze leningen mag niet meer bedragen dan 8,5% van de totale lasten op de begroting. De renterisiconorm heeft betrekking op leningen met een rentetypische looptijd vanaf één jaar.
De verplichte aflossingen en renteherzieningen op deze leningen mogen niet meer bedragen dan 20% van de totale lasten op de begroting. Het doel van deze normen is om het risico te beperken wanneer bij herfinanciering van de leningen een rentestijging leidt tot financiële problemen.

Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet is het wettelijke maximum aan leningen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar. De kasgeldlimiet staat toe om in 2021 de financieringsbehoefte tot een bedrag van € 4,8 miljoen te dekken met kortlopende leningen. Zodra wij deze limiet voor een langere periode (meer dan een half jaar) dreigen te overschrijden, trekken wij een langlopende lening aan of vragen wij (onderbouwd) toestemming aan de provincie om gedurende een bepaalde periode de limiet te mogen overschrijden.

Gelet op de te verwachten relatief lage rente voor kort krediet, maken we zoveel mogelijk gebruik van de toegestane norm, tenzij we sterke rentestijgingen verwachten op de kapitaalmarkt.
  Bedragen x € 1.000

Renterisiconorm
De renterisiconorm bedraagt voor 2021 € 11,2 miljoen.
De verwachting is dat we voor de komende jaren onder de renterisiconorm blijven.

Renterisiconorm (bedragen x € 1.000)

2021

2022

2023

2024

1

Renteherziening op langlopende schuld o/g

0

0

0

0

2

Te betalen aflossingen

3.302

3.570

3.788

3.889

3

Renterisico (1 en 2)

3.302

3.570

3.788

3.889

4

Renterisiconorm

11.209

11.054

11.075

11.083

5a

Ruimte onder risiconorm

7.907

7.484

7.287

7.194

5b

Overschrijding risiconorm

4a

Begrotingstotaal lasten

56.043

55.271

55.377

55.416

4

Renterisiconorm 20% van begrotingstotaal

11.209

11.054

11.075

11.083

Financieringsbehoefte
Per 1 januari 2021 houden we boekhoudkundig rekening met een financieringsbehoefte van € 13 mln. (2020: € 13 mln.). Dit is een uitkomst van de geprognosticeerde balans. Er is een meer gedetailleerde liquiditeitsprognose voor de lange termijn gemaakt op basis van verwachte inkomsten en uitgaven gedurende 2021 t/m 2024.
                       Bedragen x € 1.000

Financieringsbehoefte      (x € 1.000 euro)

1-1-2021

1-1-2022

1-1-2023

1-1-2024

1 Reserves en voorzieningen

25.620

23.199

22.146

19.648

2 Langlopende leningen

88.821

88.251

89.463

88.573

3 Totaal vaste financieringsmiddelen

114.441

111.450

111.609

108.221

4 Boekwaarde investeringen, incl. voorraden grond

116.504

116.011

115.380

112.117

   Financieringstekort/overschot (3 – 4)

-2.063

-4.561

-3.771

-3.896

Verstrekte leningen
Ons beleid is leningen en garanties alleen te verstrekken aan partijen die de gemeenteraad heeft goedgekeurd uit hoofde van de publieke taak. Wij gaan hier terughoudend mee om, waarbij garantieverlening de voorkeur heeft.

Bedragen x € 1.000

Verstrekte leningen

Begin

Eind

2021

Aflossing

2021

Duimelijntje

16

5

11

Stichting Jenaplanscholen

10

7

4

Stichting Beheer cluster Meer en Duin

25

10

15

FC Lisse

57

36

21

Stg. Expl. Gebouw 't Speelkwartier

72

72

Lening DSV

233

233

Woningbouwvereniging

740

27

713

Stichting Volkshuisvesting Nederland (SVn)

3031

10

3021

Deelnemingen

1322

1322

Hypotheken gemeentepersoneel

4190

31

4159

Totaal

9696

125

9571

Rentemethodiek
In het vernieuwde BBV is opgenomen dat de paragraaf financiering van de begroting en jaarrekening naast de beleidsvoornemens en het gerealiseerde beleid ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille ook verplicht inzicht moet geven in:

- de rentelasten uit externe financiering
- het renteresultaat
- de wijze van rentetoerekening.

Door onderstaand overzicht en toelichting in de paragraaf financiering op te nemen wordt invulling gegeven aan deze verplichting.

Renteomslag

1-1-2020

1-1-2021

1-1-2022

1-1-2023

1-1-2024

Restant korte financiering

4.000.000

4.500.000

4.500.000

4.500.000

4.500.000

Restant lange financiering

70.007.000

88.821.000

88.251.000

89.463.000

88.573.000

Totaal externe financiering

74.007.000

93.321.000

92.751.000

93.963.000

93.073.000

Gewogen gemiddeld rentepercentage externe financiering

2,5%

2,0%

2,0%

2,0%

2,0%

tbv rente eigen vermogen (nvt)

a1. De externe rentelasten over de korte financiering

+

0

0

0

0

0

a2. De externe rentelasten over de lange financiering

+

1.916.367

1.854.631

1.840.057

1.768.956

1.707.601

b.   De externe rentebaten

-/-

145.514

154.799

147.527

140.195

140.195

     Totaal door te rekenen externe rente

1.770.853

1.699.832

1.692.530

1.628.761

1.567.406

c1. De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend

-/-

0

0

0

0

0

c2. De rentelasten van projectfinanciering

-/-

0

0

0

0

0

c3. De rentebaten van doorverstrekte leningen (projectfinanciering)

+

0

0

0

0

0

     Saldo door te rekenen externe rente

1.770.853

1.699.832

1.692.530

1.628.761

1.567.406

d1. Rente over eigen vermogen

+

0

0

0

0

0

d2. Rente over voorzieningen (gewaardeerd op contante waarde)

+

356.704

346.892

337.115

327.337

327.337

     De aan taakvelden toe te rekenen rente

2.127.557

2.046.724

2.029.645

1.956.098

1.894.743

e.  De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag)

-/-

1.807.206

1.906.539

1.908.939

1.895.644

1.895.644

f.   Renteresultaat op het taakveld treasury

320.351

140.185

120.706

60.454

-901

Boekwaarde activa tbv renteomslag, excl. verstrekte leningen

94.624.000

109.400.000

109.241.000

108.943.000

106.013.000

Omslagrenteberekening

2,25%

1,87%

1,86%

1,80%

1,79%

Na afronding

2,00%

2,00%

2,00%

2,00%

2,00%

EMU-saldo en de Wet HOF
De wet HOF (Wet Houdbare Overheidsfinanciën) bevat een richtlijn over de tekortnorm voor de decentrale overheden. Dit houdt in dat aan de kasstroom van de lagere overheden gezamenlijk (het EMU-saldo) een maximum is gesteld. Hiervan afgeleid is voor iedere gemeente een zogenaamde referentiewaarde (fictief aandeel) vastgesteld. Voor Lisse bedraagt deze ± € 2,1 mln. Er zijn aan eventuele overschrijdingen nog geen sancties verbonden.

Overzicht EMU-saldo
Sinds 2006 zijn gemeenten verplicht een raming van de eigen bijdrage aan het EMU-saldo op te nemen. (EMU staat voor Economische en Monetaire Unie.) Aanleiding hiervoor was de overschrijding van de norm van het EMU-tekort van 3% waar Nederland in het verleden mee werd geconfronteerd. Om de cijfers tussen verschillende landen goed te vergelijken zijn in de Europese Unie afspraken gemaakt over de wijze van berekening van het EMU-saldo.

Het EMU-saldo wordt berekend op kasbasis, dus de feitelijke geldstromen die in een jaar plaatsvinden. Een negatief EMU-saldo wil niet zeggen dat de gemeente onmiddellijk een probleem heeft, omdat de gemeente werkt met het baten- en lastenstelsel. Zie overzicht financiële positie in deze begroting.

Geprognosticeerde balans
Met het oog op een betere raming en beheersing van het EMU-saldo is in het nieuwe BBV een geprognosticeerde balans voorgeschreven. Met het opnemen van een geprognosticeerde balans krijgt de raad meer inzicht in de ontwikkeling van onder meer investeringen, het aanwenden van reserves en voorzieningen, en in de financieringsbehoefte. Dit zorgt ervoor dat er in de beleidsvoorbereiding, de sturing en beheersing meer aandacht is voor het EMU-saldo. Zie overzicht financiële positie in deze begroting.

Geprognosticeerde balans
Met het oog op een betere raming en beheersing van het EMU-saldo is in het nieuwe BBV een geprognosticeerde balans voorgeschreven. Met het opnemen van een geprognosticeerde balans krijgt de raad meer inzicht in de ontwikkeling van onder meer investeringen, het aanwenden van reserves en voorzieningen, en in de financieringsbehoefte. Dit zorgt ervoor dat er in de beleidsvoorbereiding, de sturing en beheersing meer aandacht is voor het EMU-saldo. Zie overzicht financiële positie in deze begroting.

Deze pagina is gebouwd op 02/08/2021 10:26:36 met de export van 02/08/2021 10:16:17